67. Verrassend Cetinje - Reisverslag uit Cetinje, Montenegro van Gerard en Manuela Jong - WaarBenJij.nu 67. Verrassend Cetinje - Reisverslag uit Cetinje, Montenegro van Gerard en Manuela Jong - WaarBenJij.nu

67. Verrassend Cetinje

Door: Maan

Blijf op de hoogte en volg Gerard en Manuela

21 September 2017 | Montenegro, Cetinje

“Maan, heb jij de knijper nog van het zeil afgehaald?” “Nee, straal vergeten. Ik douche normaliter nooit met knijpers.” Gerard wilde toch nog een paar emmers water halen om de tank bij te vullen en zou hem wel meenemen. Toen hij eindelijk terugkwam bleken er inmiddels twee Françaises onder de douche te staan en durfde hij de knijper ook niet van het wapperende zeil voor de spetterende, blote dames af te halen. Je ziet wel dat een camping helemaal niets voor ons is. Eén grote hindernisbaan. Smile.

Om 13.00 uur reden we dan eindelijk van het mooie plekje af, waar we gisteren nog zo idyllisch stonden. Eerst maar even het dorp in om bij een restaurant te gaan betalen. De eigenaar van de camping bleek niet aanwezig. Maar de ober regelde het wel even. Wat nu bonnetje, wat nu naam? Gewoon dank je wel en stop het geld maar in je zak. Waarom heb ik het gevoel dat dat geld niet bij de eigenaars terecht gaat komen? Hij vroeg geld voor 1 nacht en dat heeft ie gekregen. Die Bert-en-Erniekorting regelen we bij deze zelf wel.

Voordat we naar Cetinje reden, gingen we nog even naar dat prachtige plekje kijken waar de rivier zich om een berg heen krult alvorens door het moeras richting het meer van Skadar te stromen. Daarna reden we over een smalle weg – maar dat is in Montenegro geloof ik een pleonasme – naar de voormalige hoofdstad van het land.

We bleken om de hoek van de hoofdstraat te staan! Wat een mazzel. Tjonge, deze straat ziet er best leuk uit. Wat oude, licht gekleurde of zwaar ontverfde huisjes, een paar souvenirwinkels, die we zelfs in Podgorica niet gezien hadden en verder moderne winkels, gribuswinkels uit het jaar nul en best veel terrasjes. Er stond zelfs nog een oud, groot gebouw in deze straat!

Bijna aan het eind van de winkelstraat kon je rechtsaf een plein op, waar een paal stond met plaatsnamen uit de wereld en de bijbehorende kilometers om daar te komen. Ernaast nog een paal met bewegwijzering van de interessante gebouwen in Cetinje, een standbeeld, een paar terrasjes waar op een ervan een van de barmannen intussen ook het beroep smid uitoefende en op wat hoefijzers stond te rammen. Wow en zelfs een museum, wat we van schrik links hebben laten liggen. Rechts lag het huis van Bojarda, wat ons eerlijk gezegd niets zei. We hadden deze stad niet echt voorbereid.

Wat verderop lag een heel klein, wit kerkje waaromheen ruïnes lagen. Daarna kwamen we zelfs nog bij een klooster waar een stel jonge, hypocriete monniken rondhingen. Wij mochten aanvankelijk niet naar binnen. Gerard had een korte broek aan en mijn rok was – houd je vast – wel 3 cm te kort! We moesten dus een lap stof om ons middel knopen voordat we de kerk mochten bezichtigen. We vonden de kerk niet eens mooi. Ook niet lelijk, maar heel veel warmte en charme had het niet. Er waren zelfs grote stukken van de muur wit?! Wel stond er een mooie, houten doodskist in een hoek, die met fraai houtsnijwerk versierd was en strak in de lak zat. We waren verbaasd hier een kist aan te treffen. Het werd nog veel gekker toen een vrouw ons vertelde, dat de kist pas over 10 minuten geopend zou worden. “Hè, geopend? Hoezo? “Waar zijn we nu weer in beland?” Ze wist ons uit te leggen, dat er een afgehakte hand van St. John de Baptist in lag. Zijn rechter. “Hoezo alleen een hand? Waar is de rest?” Maar dat wist de vriendelijke vrouw uit Sint-Petersburg ook niet. Nou, als de kist toch zo open gaat, dan wachten we nog even.

Ah, daar kwam al een monnik aan. Hij deed echter niets en de andere bezoekers mochten niet naar binnen. Wij bleken namelijk het probleem van de vertraging te zijn, aldus de goed Engelssprekende dochter van de oude, vriendelijke vrouw. Ze vond het heel erg om te vertellen, maar omdat wij niet gelovig zijn, mocht de kist niet open. Wij moesten eerst weg zijn. Ik was verbijsterd. Hoezo niet gelovig? Mogen we dat alsjeblieft even zelf invullen? Maar nee, die monniken zagen twee toeristen met een camera en dan ben je per definitie niet gelovig. Hoe kort door de bocht wil je het hebben. Het ging mij niet eens zo zeer om die hand, maar dat we zo maar zonder ene vraag in een stom hokje geplaatst werden, stuitte me tegen de borst. Ik vertelde de vrouw, dat wij wel gelovig waren. Het is voor sommige mensen moeilijk te geloven, maar toeristen zijn niet alleen melkkoeien, maar kunnen ook nog gevoel hebben en zelfs nog gelovig zijn! De vrouw ging weer naar de monnik toe en vertelde dat wij wel gelovig waren. Maar de zelfingenomen, vervelende schijnheil veranderde de regels gewoon nog een keer. Nu moesten we ineens ook Servisch-orthodox zijn. Nou, dan niet hè. We liepen het kerkje maar weer uit. Buiten zagen we, dat onze vriendelijke tolk er ook stond. Zij wilde niet meer kijken, omdat ze het een schijnheilige, hypocriete vertoning vond, door zo met ons om te gaan en op de stoel van God te gaan zitten. Haar moeder vertelde wat ze gezien had en zij vertaalde het weer voor ons.

De bruine, afgehakte en gemummificeerde hand was dus van een heilige. Ik vroeg haar waarom er slechts één hand in de kist lag en waar de rest gebleven was. De heilige bleek in stukjes gehakt te zijn, zodat de belangrijkste kloosters allemaal een deel van hem hadden. Bah! Lekker respectvol! Blij dat ik geen heilige ben!

Langs het paadje naar het klooster stond een gebouw met grote ramen, waar wat mensen liepen. Gerard was nieuwsgierig en ging even gluren. Hier lag op de grond een grote kaart van Montenegro, maar dan helemaal in reliëf! Wat leuk! Wat een bergen en natuurlijk het grote Skadarmeer. Ik wilde dit toch wel even in het echt bewonderen. Dit bleek het huis van Biljarda te zijn, wat net zijn deuren had gesloten, toen wij ervoor stonden. Het bleek al 17.00 uur te zijn. Jammer.

Weer terug op het plein besloten we het blauwe paleis te gaan zoeken. Wij hadden een ansichtkaart van een mooi, geel gebouw. Maar wat het was wisten we nog niet. We lieten hem aan iemand zien en vroegen de weg en kwamen bij een rood gebouw uit. Iets klopt er niet in dit verhaal.

Wij hadden een nogal slechte plattegrond in ons gidsje waarvan de afstanden niet echt klopten, maar probeerden het nog eens. We kwamen via een zwaar vervallen poort, die ooit mooi was, maar nu ook nog met graffiti bevuild was in een al even vervallen park. De paden waren al heel lang niet meer onderhouden en zaten vol gaten en kuilen. De speeltoestellen, bankjes en de hele entourage zag er belabberd uit. Niet dat wij er veel om geven, wij kijken onze ogen uit en verbazen ons.

In het park zagen we een groen wijnhuis en een rood gebouw, maar een blauw paleis? Nee, niet echt. We besloten het te vragen. We bleken aan de andere kant van de straat te moeten zijn, aldus de voorbijganger. Daar aangekomen zagen we wel een kleine troosteloze kermis met zwaar verouderd spul: een aftands hokje met een grijper, een zweefmolen met verroeste kettingen en stoeltjes waar de lak half af was, een schiettent in een stokoud Servisch vrachtwagentje, waar de banden van ontbraken en een wat modernere carrousel. Maar een blauw gebouw? Nee. Het moet hier toch in de buurt zijn. We reden nog maar een stukje verder. De volgende man had ook geen idee. “Blue palace? Do we have that? No! O wait, I see, it’s there! I think.” En ja hoor, het blauwe paleis was niet echt blauw maar meer gebroken wit met een vage blauwgrijze zweem. Tja, als je naar een echt blauw gebouw zoekt……. Het goed onderhouden gebouw bleek van de minister-president te zijn. De vlag wapperde nog wel, maar de hokjes voor de wachtposten waren leeg en het hek was dicht.

Pal ernaast waren een discotheek en een nachtclub die gesloten waren. De reden was duidelijk; het gribusgehalte was zelfs voor Montenegro te hoog. Betonrot, metaalmoeheid, verveloze kozijnen, haveloze toegang. Zwaar troosteloos. Via een steegje konden we achter het paleis langs lopen. Ook hier was het een en al gribus. Een metalen trap, die ooit rood was en helemaal heen en weer ging als je er ook maar een voet op zette en erna kwam een zwaar deprimerend gebouw van een hotel. Hotel Grand bleek vroeger tot het neusje van de zalm gehoord te hebben, maar heeft na een aardbeving nogal wat schade opgelopen en staat er nu nog steeds in zwaar deplorabele toestand bij. De overgang tussen mooi en gribus is soms maar een paar stappen.

“Wel alle peren op sterk water! Nu komen we wéér bij die gribuspoort van net aan de rand van het park uit!” Er stond nog een gammel stoeltje naast, waarop de wacht zijn werk zou moeten doen. Hij is waarschijnlijk werkeloos.

Inmiddels had ik het steenkoud gekregen. Jemig. Vanmorgen had ik mijn bikini nog aan en kochten we in Rijeka nog een fles gekoeld spul, wat eruitzag als bitter lemon en nu heb ik een vest aan en zit ik stevig te bibberen? De temperatuur is binnen een uur of zo ontzettend gedaald. Mensen in lange broeken, truien en jassen. En wij in onze korte broek en rokje…. Ik wilde niet ziek worden en ging dus op zoek naar iets warms. Ik hoopte in een supermarkt een dekentje of grote handdoek te scoren, maar dat lukte niet.

Verder maar weer. We willen eigenlijk dat grote, gele gebouw van de ansichtkaart nog zien. Maar niemand die het kende. Wel zagen we nog een mooi gebouw; de Zetski Dom, wat het theater moest zijn. In de boekhandel wist de truttige mevrouw in ouderwetse jurk en een naamkaartje op het nog sterker te vertellen. “Dit gebouw staat niet in Cetinje!” Wij lieten haar de kaart zien. “Oh, het staat wél in Cetinje!” Maar waar? Daar had ze geen idee van. Ai, en het bleek maar een paar honderd meter achter de winkel te liggen, maar eer dat we dat wisten, waren we uren verder.

We gingen van de hoofdstraat af en kwamen even later op een nogal vervallen pleintje met een paar fotogenieke winkeltjes en een armoedig, maar schattig speelhoekje uit. En ergens achteraan in een steegje zag ik iets wat op een simpel kledingzaakje zou kunnen duiden. Ik kreeg een goed gevoel en strompelde er half verkleumd heen. Het bleek een vage mix tussen een kledingzaakje en naaiwinkel te zijn. Gordijnen, bh’s, sokken, wat kleding, en in de kast in de hoek volgens mij ook nog handdoeken. Ik was nog niet binnen of ik werd ontzettend enthousiast begroet. Ze ratelde van alles in het Montenegrijns en de woorden begreep ik niet. Haar gebaren en gezicht des te beter. “Ach schat, wat heb je een veel te kort rokje aan en het is nog wel zo koud vandaag!” Ze raakte mijn benen aan en keek me medelijdend en grappig tegelijk aan. “Hier gaan we meteen wat aan doen! En jij man, stop met fotograferen! Jij moet binnenkomen om je vrouw te helpen!” Voordat ik het wist had ik een poncho om, die veel te duur was en even later kwam ze zelfs met een witte bontjas aan, die ik niet echt in gedachten had. Ze trok overal van alles vandaan en bleef even enthousiast. Tegen een andere klant vertelde ze dat ze iemand had die half bevroren was. “Voel maar!” Ik stak mijn handen uit en de andere klant knikte meeleven. “Nou, mevrouw, die dame is zeker heel koud!” Ik gebaarde dat ik vanmorgen nog gezwommen had (wat niet waar was, maar hoe gebaar je het woord bikini in vredesnaam?) en dat ik het nu zo koud in de rolstoel had, waarop gelachen en ernstig geknikt werd. Het is me wat met die toeristen.

Ik probeerde uit te leggen, dat ik iets van een deken wilde. Maar mijn gebarentaal kwam niet heel goed door de keuring heen, want toen werd er een zalig dikke, knalrode badjas ergens vandaan gehaald. Tja, hij ziet er supergoed uit, maar die wil ik in de rolstoel straks toch liever niet aan! Ze bleef lachen en leuk gek met me doen, was helemaal in haar element en riep van alles. Englisch, Deutsch, Franska, Italiano, Spanja, bla, bla, bla. Ze hief haar handen omhoog en zei waarschijnlijk dat ze alleen Montenegrijns sprak. Ik kon verder alleen iets met minute verstaan waarna ze me gebaarde te moeten wachten en zij ineens de winkel uitrende. Even later kwam ze terug met een paar dekens. ‘Yes, that’s it!” Zij een big-smile en ik ook. Ik was al blij met de simpelste geruite fleecedeken, maar nam even later toch de duurste. Deze was niet alleen het langst en het mooist, maar ook heel zacht. Bovendien was het leuk voor haar, dan had ze toch wat meer verkocht en dat gunde ik haar graag.

Kordaat legde ze de andere dekens weg en gebaarde mij naar buiten te komen. Ze vouwde de grote, zachte deken dubbel en legde hem in mijn rolstoel. Ik moest gaan zitten en werd grondig ingepakt. Ze was echt lief voor me. Daarna probeerde ze me nog sokken aan te praten, wat eigenlijk best heel verstandig was, maar ja, dan passen mijn sandalen weer niet. Dan maar sloffen, moet ze gedacht hebben. Lachend kwam ze de winkel weer uit met 2 grote sloffen uit het jaar nul die ze gewoon over mijn schoenen heen aantrok. Ik had niets te zeggen, maar liet haar maar begaan. Wat een heerlijk spontaan, vrolijk en lief mens!
Warm ingepakt en met een even warme lach op mijn gezicht reden we weer verder. Ik bibber al minder. Na nog een blik op de zoveelste naakte vrouw met rare borsten van een beginnende graffitikunstenaar reden we snel naar de hoofdstraat waar we een terras hadden gezien waar ze warme chocolademelk zouden verkopen.

Het terras zag er licht oubollig uit qua stoffering op de lage stoeltjes, maar de kussens waren heerlijk dik. En trouwens, je moet wat voor een warme chocomel overhebben! Heel spontaan bestelden we er ook twee glaasjes rakija bij. Dan worden we zeker wel weer warm! De ober ging weg om voorlopig niet meer terug te komen. Op Gerards benen stond inmiddels ook kippenvel. Dus ik zei, dat hij maar lekker strak naast me moest komen zitten, dan konden we samen onder de deken. En zo zaten Jut en Jul even later op het terras onder een heerlijk zachte, roze deken.

We gingen met smoorheet weer weg, kochten onderweg een koude bitter lemon, wat een zelfgemaakt heksenprutje bleek, een uur geleden zeiden we nog dat we straks ons laatste biertje in de zon gingen drinken en nu liggen we te bibberen onder een deken en zitten we aan de supersterke rakija en de warme chocomel van pure chocolade, die zo dik is, dat je hem zowat met een vork kunt eten. Erbovenop ligt een berg vers geklopte slagroom. Ergens moeten we een afslag in deze dag gemist hebben. Dit lijkt toch meer op herfstvakantie?!

Het was inmiddels 19.00, we hadden vandaag alleen nog maar havermout op en de rakija viel dan ook straf naar beneden. Na een slok kregen we het meteen al warmer. Pffff, wat een bocht! Hier raak je spontaan de weg van kwijt! Maar tot ons geluk pasten de autosleutels toch al op de vierde camper! Dat viel niet tegen! Wel jammer, dat ze verspreid over de stad stonden.

We werden zowat misselijk van de kou, de megamachtige chocomel met die berg slagroom en de rakija natuurlijk. Maar de zojuist gekochte koekjes, die ik snel uit de tas viste, hielpen wel weer wat. Na onze warming-up vroegen we de ober, waar dat gele gebouw toch stond. Hij liep een stukje met Gerard mee en wees het zowat aan. Na wat gemanoeuvreer tussen barkrukken, auto’s en gaten in de weg, stonden we inderdaad voor een gebouw. Maar of het geel, groen of blauw was? Ik zag niets, want het was hartstikke donker. Alleen een vreemd beeld, wat onder de categorie zwaar moderne kunst leek te vallen.

Terug naar de hoofdstraat maar weer, waar we het mooie gebouw met twee grote, sierlijke beelden van het ministerie van cultuur nog zagen. Onderweg hadden we trouwens ook nog wat ambassades gezien, die in grote gebouwen gevestigd waren. Bijna in de camper, schoot ons te binnen dat hier nog een mooie kerk moest staan. De eerste, de beste voorbijganger wist hem te vinden en gebaarde ons waar het was. Wat denk je? Komen we voor een strak, geel, groot gebouw uit. Het gebouw van de ansichtkaart. Het heet de Vladin Dom, maar blijkt een museum. Wij denken bij dom steeds aan een kerk, maar dat gaat hier niet op, want het Montenegrijnse woord voor ziekenhuis eindigt ook op dom. Vandaag gaat alles weer anders dan gepland, maar ach. We hebben het hier wel erg leuk gehad!

Cetinje is de eerste stad in Montenegro, die wat ons betreft ook echt stad genoemd mag worden. We begrijpen niet dat Podgorica de hoofdstad is. Een stad zonder sfeer, zonder uitstraling, zonder ook maar één mooi gebouw. Cetinje heeft een veel gezelligere hoofdstraat, een klooster, een oud kerkje, vele imposante gebouwen, wat parken, een paleis en zelfs nog enkele musea! Wij vinden het leuk om in Podgorica geweest te zijn, maar vinden het nog leuker dat we uren door Cetinje gedwaald hebben! Een erg gezellige stad ondanks zijn hoge gribusgehalte. Maar dat vind je hier in elke stad en dorp nog overvloedig.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Gerard en Manuela

Hallo lieve familie, vrienden en bekenden, Zoals jullie waarschijnlijk wel weten, hopen wij volgende week op vakantie te gaan. De doelen zijn (Oost)Turkije, Georgie als het niet al te onrustig is, en als we tijd over hebben hopen we nog een stukje Bulgarije, Albanie en/of Macedonie mee te pakken. Maar ja, met ons weet je het nooit. Misschien belanden we nog wel ergens anders. Wij gaan een internet reisdagboek bijhouden, als we tenminste een internetcafé tussen de ezels en zo kunnen vinden. Degenen die dit leuk vinden kunnen op deze manier ons en onze ‘avonturen’ (niet te wild hoop ik) volgen. Telkens als wij een bericht geplaatst hebben, krijgen jullie een mail. Tenminste dat hebben wij begrepen, want we hebben hier nog geen ervaring mee. Deze week zullen we een testje uitvoeren of en hoe het werkt. Het internetadres van het dagboek is: http://gerardenmanuela.waarbenjij.nu Je kunt ook reageren, zodat we weten hoe het met jullie gaat. Maar eerst nog duizendenéén dingen uitzoeken, kopen en inpakken……………………………J Groetjes, Gerard en Manuela

Actief sinds 05 Juli 2008
Verslag gelezen: 228
Totaal aantal bezoekers 315721

Voorgaande reizen:

04 September 2020 - 27 September 2020

Op ontdekkingstocht door eigen land

21 September 2019 - 27 Oktober 2019

Rondje Balkan

19 Augustus 2017 - 19 Augustus 2017

Montenegro

11 September 2016 - 23 Oktober 2016

Rondreis Zuid-Italie en Sicilie

26 Juli 2015 - 30 Augustus 2015

Extremadura Spanje

12 Juli 2014 - 14 September 2014

Paradijselijke Lofoten?

11 Oktober 2013 - 20 Oktober 2013

Heerlijk bijkomen in Istanbul

10 September 2012 - 08 Oktober 2012

Spanje

07 Augustus 2011 - 24 Oktober 2011

Oekraine

14 Juli 2008 - 24 December 2008

Turkije 2008

28 Juli 2013 - 30 November -0001

Zweden

30 November -0001 - 30 November -0001

Deel 2

30 November -0001 - 30 November -0001

Deel 1 - Heenreis

Landen bezocht: