58. Laatste uurtjes streetlife in Albanië
Door: Maan
Blijf op de hoogte en volg Gerard en Manuela
20 Oktober 2019 | Albanië, Shkodër
Net voordat we de doorgaande weg naar Shkodër op wilde draaien, scheurde er een zigeuner op een gemotoriseerde handkar voorbij, die vol lag met schroot en veel fietsvelgen. ‘k Weet niet, of iemand er nu een mist? “Hé, kijk! Er komt een paard en wagen aan! Dat is leuk!” En nog een, en nog een en na 5 kilometer hadden we er maar liefst 5 gezien! Met recht een topscore! Ook de schapen liepen vandaag weer in het voetbalveld. Het blijft leuk om te zien. Wat dichter bij de stad nam de straathandel toe en zagen we heel veel kippen in een veel te klein kooitje als haringen in een ton zitten. Zielig!
We twijfelden of we eruit zouden gaan. Zouden we nog één keertje hier gaan lopen of meteen doorrijden naar de grens? Aanvankelijk konden we de auto niet kwijt en kwamen we ook nog helemaal in de verkeerde straat uit. Maar dat was eigenlijk nog armer en leuker om te zien. Een heel klein winkeltje vol fietsvelgen en wat banden, een schoenenzaakje, waar alles weer aan een touw hing, mensen op die leuke fietsjes, een geweldig vrolijk geschilderde camper, die als ijscowagen dienst moest doen en wat gribusflats waar verlegen meisjes lief naar ons zwaaiden.
Met moeite konden we ergens keren en gingen we weer terug. We zagen ook nog twee personenwagens met een bankstel op het dak rijden en veel wagens met ladingen hout. Daarna gebruikte Gerard de rotondes om de hoofdstraat heen en weer te kunnen rijden, terwijl ik nog wat goede foto’s van het straatleven probeerde te maken. Even later besloten we een ander straatje te nemen en daar mochten we de camper wel een uurtje voor de bakker zetten. Zo gezegd, zo gedaan, cabrio eraf en hup, daar liepen we al in de enige chique en fleurige straat van Shkodër. Maar al snel sloegen we af naar de echte hoofdstraat, waar het allemaal gebeurt.
Er stond een mannetje voor een stokoud karretje op wielen. Er hingen wat broden en dus besloten wij bij die arme man een broodje te gaan kopen. Komen er uit een pikzwart pannetje, dat op kooltjes warm werd gehouden, warme worstjes die royaal met zijn pikzwarte handen op ons brood gelegd werden. “Maar dat was niet de bedoeling!” Heel lief, maar dat gaan wij dus niet eten. Wie weet hoe veel dagen het al in dat pannetje heeft liggen smoren. En wat voor vlees het was, kon hij ook niet uitleggen. Tja, we gunden die man wat omzet, maar nu lopen wij met een groot brood vol vlees! Ik had nog zo gezegd, dat we ALLEEN brood wilden, maar dat snapte hij blijkbaar toch niet.
Daarna kwamen we langs een reusachtige schoenenmarkt. Ik heb nog nooit zo veel kramen en stapels schoenen bij elkaar gezien als daar. Ze lagen niet alleen in bergen opgestapeld, maar achter de kramen hing het ook nog rijen dik! Een man met een handkar, waar een oud kleedje op lag en hij allerlei flesjes parfum had uitgestald. Een minikiosk met 10 pakjes sigaretten, tig minimarktjes, overal fietsen, stapels tassen en koffers op de stoep en natuurlijk de vele barretjes. Daarna nog één keer een klein stukje van het toeristencentrum met zijn mooie, gekleurde huizen met veel hout. Grote ramen waar geen glas in zit en afgesloten kunnen worden met luiken, gaan overdag open en je kunt er heerlijk zitten op een kussen in de brede vensterbank. Yves Rocher kwamen we hier zelfs tegen! In het midden van de straat was het één grote, honderden meters lange overkapping van diverse barretjes en eettentjes waar alles draait om zien en gezien worden. Aan een bedelaar gaven we het nog warme brood met de worsten. Moet je niet denken, dat hij blij is. Hij begon nóg harder te schreeuwen dan hij al deed en wilde ook geld. Dan niet eikel. Ik griste het tasje weer terug en we reden verder, waarop hij zijn smartphone tevoorschijn haalde en begon te bellen. Ja, ja.
We hadden al een aantal zigeuners gezien vandaag en even later liep er een zigeunertiener met een plaatje van een babymeisje in haar armen naar ons toe. Ze was pas in les 1 qua bedelen, want durfde ons haast niet aan te kijken. Ik vroeg of ze het brood wilde. Ook dat durfde ze amper aan te pakken. We waren vergeten, dat het nog veel voorkomt, dat een Albanees nee schudt, maar ja bedoelt. Dat bleek ook bij dit meisje het geval. Ze liep blij met het brood weg. Fijn, toch weer twee mensen een klein beetje geholpen.
De sfeer in de stad was niet zo leuk als de vorige keer. Meer irritante mensen die ‘foto, foto’ riepen, waardoor Gerard minder makkelijk zijn gang kon gaan. Ik word er wat onrustig van, maar Gerard niet. Die gaat gewoon zijn gang en doet of hij gek is. Bij de bakker hebben we nog een soort baklava gekocht en daarna werden de laatste Leks geteld, die we omruilden voor benzine. Maar jemig, wat is die stad groot. Nóg groter dan we al dachten. We kwamen nog een grote versmarkt tegen en wat verderop leek het verdacht veel op alweer een zigeunernederzetting.
Net voordat we de grens passeerden, zat er een grote zigeunerfamilie met veel kinderen en hatelijk kijkende vrouwen bij de grens. Wat een gewaagde plaats! Helaas voor ons waren er wel tien auto’s voor ons en hadden wij meteen zo’n irritant kind aan de deur. Moet je niet denken, dat ze na tien keer nee, weggaan. Nee, ze blijven heel zielig staan kijken en zeuren. Zelfs toen ik een vette close-up van zijn gezicht maakte, ging hij niet weg. “Ah gelukkig, daar komen mensen van de douane aan!” Nou, dat hielp ook al niets. Een man zei wel iets, maar de jongen trok zich er niets van aan en even later kwam er een net zo irritant meisje bij de deur hangen. “Oh jongens, haal die gasten van onze deur, schiet op bij die hokjes en laat ons alsjeblieft doorrijden!” zolang je de achterste auto bent, ben je de klos. Heel langzaam schoven we wat op richting hokjes en raakten we de zeer hardnekkig aan onze auto klevende brutale kinderen kwijt. Een douanier kwam langs om van heel veel mensen de paspoorten op te halen. Nou, lekker is dat, want op een gegeven moment waren we dan na zeventien eindeloze minuten bij het hokje, konden onze voorganger en wij niets laten zien! Weer vijf minuten later kwam de douanier uiterst relaxt met een grote stapel paspoorten het hokje in, waarna alles natuurlijk weer ingescand of overgeschreven moest worden. We mogen wel opletten dat we de goede paspoorten en autopapieren terug krijgen!
Bij de Lidl hadden we 14 anderhalve literflessen imiglykoswijn gekocht. Wij dachten dat je tegenwoordig voor eigen gebruik best het een en ander mee mocht nemen. Ai, dat gold niet voor Albanië! Daar mochten we maar 2 liter wijn per persoon meenemen. Uit voorzorg hadden we de nodige flessen wel netjes weggewerkt. Gerard hoopte helemaal dat ze zouden vragen: “Do you have anything to declare?” Waarop ik dan zou zeggen:”No, only a little (Lidl) wine!”
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley