18. Chaotische maandag
Door: Manuela
Blijf op de hoogte en volg Gerard en Manuela
09 September 2024 | Spanje, Betanzos
Het is weer maandag. Net als vorige week een suffe grijze dag met als waanzinnig hoogtepunt een bezoek aan de supermarkt. Althans, zo leek het. Gelieve alle regenbuien, glibberige hellingen, onbesuisde Russen en trekkers binnen te houden. Wij willen geen herhaling van vorige week! We hadden mijn telefoon als Tomtom gebruikt om een supermarkt te vinden. Leidt dat ding ons over weer zo’n akelig smal paadje, steil omhoog, dwars door het bos om daarna bij de Lidl uit te komen? En wat hebben ze daar in de aanbieding! Biologische tomaten voor € 1, 13 per kilo uit Holland! Potverdorie, moet je daarvoor naar Spanje rijden? En naast de Lidl zaten een C[e-38]A, een Burgerking, nog wat winkels en een Mediamarkt. Het lijkt wel een Holland-enclave. Gelukkig zat er dan nog een Carrefour bij voor een wat buitenlandser gevoel.
Na de boodschappen was het ook weer tijd voor de sanitaire stop van de camper. Blijkt dat zowat achter de Lidl te liggen. Ideaal. Bij het water bijvullen kwam er nog een praatgraag Duits mannetje bij Gerard staan met allerlei tips waar we toch echt even moesten gaan kijken. Hier in Ferrol schijnt een kunstroute te zijn, waar je heel veel beschilderde huizen en projecten kunt bewonderen. Een snelle blik op de telefoon overtuigde ons niet echt en wij besloten de stad fijn te gaan verlaten. Ook nu had de Tomtom een bijzondere suggestie. “Ga hier rechtsaf, rijdt de volgende rotonde helemaal rond enz.” “Nou”, zegt Gerard, “hier trappen we niet meer in hè, met al die vage tips. We gaan meteen wel linksaf!” Komen er ineens van alle kanten heel veel auto’s tegelijk op ons af, stonden we half op de weg en komt er ook nog een politiejeep aan. “Chips!” Gelukkig kunnen wij heel onschuldig en verbaasd kijken. Fijn, dat hij ons geloofde en gewoon om ons heen reed en we na een tijdje toch aan de overkant konden komen. “Há”, en wat zagen we daar? Een hele muur vol kunstwerken en er werd op dat moment zelfs een nieuwe geschilderd! “Hebben we in alle chaos zelfs nog een beetje kunst gesnoven!”
Zó en nu gaan we nog een paar kilometers maken, want we willen nog wel wat zien vandaag. Ferrol is een saaie industriestad en die wilden we met grote spoed links laten liggen waardoor we iets te vroeg rechtsaf gingen. “Wel gloeiende, wat is dit nu voor straat ineens? We zouden nu toch de snelweg opdraaien?” Het bord naar de snelweg bleek verkeerd te staan en tot overmaat van ramp reden wij ons na een tijdje vast. De weg werd smaller en eindigde in niveau Hollands fietspad. Achteruit steken lukte net niet omdat we een halve haarspeldbocht moesten maken, het terreintje met welig tierend onkruid konden we niet op omdat er een idioot hoge stoeprand uit de middeleeuwen voor lag. Nou, daar staan we weer… Gerard besloot nog een ander doodlopend zijstraatje in te rijden waar we misschien net via een lange oprit konden draaien, maar dat ging ook net niet. En nu staan we nóg rotter dan net. Ja hoor, het is weer maandag. Het is 17.59 uur en wat moeten we doen? Ik begin wat déja-vu-gevoelens te krijgen. We staan gewoon muurvast in een klotestraat met bocht en veel auto’s en Gerard roept al dat het helemaal niets gaat worden. Hoera! “Wat een ellende ook. Het enige wat we nog kunnen doen is achteruit de helling op, dan de doodlopende straat door die vol met auto’s staat en dan moeten we achteruit de rotonde op om daarna de oprit naar Coruña te kunnen nemen. Ik weet het niet hoor, maar echt gek ben ik hier niet op.
Ik mocht achter het stuur om ons uit het tweede doodlopende straatje te verlossen wat prima ging, dankzij goede tips van Geer. Daarna nam hij het weer over om aan de grote achteruitshow te beginnen. Mannen die seminonchalant tegen hun auto gingen hangen en vrouwen die gezellig naar buiten kwamen al dan niet met kinderen. Al snel kwam er een Spanjaard aan “Hé, wat zijn jullie nu aan het doen? Je gaat toch niet achteruit terug naar de rotonde? Je kan makkelijk vooruit over dat fietspad daar. Het loopt niet dood. Er komt daarna een tunnel, maar daar kunnen jullie wel door. “Hoe hoog is die tunnel?” “Oh, zeker wel 2,50 meter. Past makkelijk!” “Nou, eigenlijk zijn we 3,30 meter en we willen met dit weer toch liever geen cabrio-camper.”
Waar moeten jullie eigenlijk heen?” “Ja, wij willen naar Bezantos!” “Bezantos, Bezantos? Nooit van gehoord. Ligt zeker in Zuid-Spanje?” “Nee hoor, dat ligt hier maar 30 km vandaan.” “Qué? Bezantos? Hé buurman, deze Hollanders willen naar Bezantos! Heb jij daar ooit van gehoord?” “Huh? Bezantos? Is dat misschien een strand of zo?” “Nee, dat is helemaal geen strand, dat is een heel oud, klein stadje.” “Klein stadje? Hier in de buurt? Bijna om de hoek? Kan niet waar zijn. Hé María, heb jij wel eens van Bezantos gehoord?” Nee, die kende het ook niet. Inmiddels werd er druk in de straat overlegd. We pakten de kaart erbij en wezen het triomfantelijk aan. “Kijk maar, hier ligt het!” “Nò, nò, nò Bezantos, es Betanzos!” Voor ons klonk het hetzelfde, maar toen wist ie het ineens wel te liggen. “Nò, nò, dan moet je hier echt niet verder rijden. Dan moet je deze straat helemaal achteruit rijden.” Tja, dat probeerden we dus ook al die tijd al te doen hè. Na heel veel tijd waren we dan bij de rotonde, waar ik er met kruk maar uit ben gegaan. Wel handig zo’n ding, want ik kon er prima het verkeer mee regelen. En zo konden we dan eindelijk de snelweg op voordat de dag helemaal om was.
En wat denk je waar we rijden? Achter de Lidl, de C[e-38]A, de Mediamarkt enz. Jawel, precies het terrein waar we al zeker twee uur weg zijn! Het schiet zó lekker op vandaag. Het is trouwens maar goed dat we een intermezzo zoals net, in Spanje hebben, want als we dit in Italië hadden gehad, zouden we inmiddels zware gehoorschade hebben opgelopen van al het getoeter. Maar hier in Spanje is het allemaal geen probleem, zwaaien we vriendelijk naar elkaar, wordt er het een en ander overlegd en het is weer klaar. Je maakt intussen gewoon vrienden! Kindjes worden enthousiast uit de kinderwagen geplukt en je wordt gezellig door de hele straat uitgezwaaid. Een van de redenen waarom we van Spanje houden.
En als je dit zo leest, denk je misschien:”Wat maken die twee letters nu uit, geen hond hoort het verschil?” Tja, dat dachten wij eerst ook. Maar stel je voor dat iemand aan ons de weg naar Hen Daag of Ben Doos al dan niet met verkeerde uitspraak zal vragen. Dan weet je het ook niet. Dan sta je zelf ook zo. “Ben Doos? Ben Doos? Wat is dat? Enz.. totdat je ziet dat je naar Den Bosch willen.
Het rijden was overwegend saai en die keer dat je een glimp van een typisch Spaanse voorraadschuur op poten of een stukje zee ziet, blijk je precies die ene, gele kliko midden op je foto te hebben. En zo ging het maar door. Oh ja en gisteren hadden we getankt voor € 1,39 per liter. Zojuist passeerden we al twee keer een tankstation waar je je voor € 1,18 vol kon laten lopen! Ik geloof niet dat we weer aan de Hollandse prijzen gaan wennen, dus voor de zekerheid blijven we maar hier. Heb trouwens gisteren op een Spaanse huizensite zitten googelen. Nou, daar kun je leuke optrekjes vinden, die nog goed te betalen zijn ook. We houden het in overweging. Mij lijkt het wel wat.
En intussen zit die gast naast me van een heerlijk ovenvers stokbrood te genieten met een paar plakken salami. Het water loopt in je mond, je T-shirt is nog net niet nat en dan zit jij daar met je zakje biologisch verantwoorde nootjes. Nou, nou…..Echt sadistisch.
De wegen hier in Noord-Spanje zijn trouwens fantastisch. Al die bruggen, viaducten en tunnels. Het rijdt geweldig. Het zuiden van de provincie Galicië zou trouwens een wat meer tropisch klimaat moeten hebben. Nou, qua weer hebben we het nog niet gemerkt, maar het aantal knalpaarse en roze bougainvilles neemt al toe. Net zelfs een bananenboom gesignaleerd inclusief bananen! Misschien groeien hier over een aantal jaar wel mango’s!
Tegen 19.00 uur kwamen we aan in het stadje Beziektas aan. Oh nee, Betanzos! De rivier waar we naast stonden lag vol met gekleurde bootjes, die niet echt heel nieuw waren. Als we hier vannacht gedropt zouden zijn, hadden we gegokt in Montenegro, Bosnië of Albanië beland te zijn. Het zag er nogal sjofel uit. En dit gold ook voor het stadje. Er staan alleen maar half ingestorte en lege panden waar de fut al jaren uit is. En wat lopen die straten steil omhoog! Niet te doen. En dan kom je er ook nog gewoon auto’s tegen? Aanvankelijk dachten we dat het een dorp van niets was. De winkels zagen er niet uit. Etalages uit het stenen tijdperk met bijpassende meuk. Gerard wilde nog één straatje verder omhoog. En dat bleek een geweldig idee te zijn. Na een mooi kerkje, kwamen we er nog één tegen en even later waren we op een zeer hoog gelegen dorpspleintje dat omgeven was door hoge, prachtig gerestaureerde witte huizen met die typisch Spaanse uitbouwen met zijn talrijke, kleine, vierkantje raampjes. Hier zag je hoe ontzettend mooi het stadje zou kunnen zijn als er genoeg verf, glas en hout naartoe zou gaan. Nu was alleen het centrum mooi. We genoten van de enthousiaste kinderen, die er lekker aan het spelen waren en de locals die gezellig op de bankjes zaten te kletsen. Dit kan echt een prachtige parel van Galicië worden. Ik denk dat aandelen in dit stadje kopen een goede belegging zou zijn.
Eigenlijk is dit niet waar, want de kinderen waren loeihyper, knalden tegen je aan en schreeuwden de trommelvliezen uit je oren en de ouders deden net alsof ze niets hoorden. Je zou ze het liefst achter heel veel rollen behang willen plakken, maar ja, dat kun je niet schrijven in een verder zo romantisch stadje. Bij dezen. Maar we hebben echt WEL genoten!
Na een gezellig rondje over het mooie plein besloten we maar weer eens richting rivier te gaan. Maar lieve hemel, die straatjes hadden meer van een skibaan weg, dan een wandelpad. Voetje voor voetje (en dan heb ik natuurlijk weer net mijn badslippers aan) schuifelden we naar beneden. Gelukkig dat er veel om ons heen te bekijken was, zodat we wat afleiding hadden. Hoe langer we er liepen hoe leuker we het vonden. Oh, en dan nog wat. Het is echt opvallend hoe ontzettend vriendelijk de Spanjaarden zijn. Zodra ze zien dat je niet makkelijk loopt of in een rolstoel zit, komen ze naar je toe om hun hulp aan te bieden. Op het strand van de Cathedrales had ik al een galante man die me een paar keer over een berg stenen of een rots heen hielp en ook hier weer. Een dame in een auto stopte en vroeg of het wel ging. Ik denk, dat als ik gevraagd had of ze me even naar boven had willen rijden, ze het gedaan had. Maar ja, daar kom ik nu pas achter.
Eenmaal beneden zagen we aan de overkant van de rivier een paar campers staan. “Het zal toch geen?” Nou, mooi wel dus. En zo stonden we binnen 10 minuten op een lichtvaag gribusterreintje met een heleboel andere campers. Wij willen echter graag een rustig plekje en gingen helemaal in een uithoek staan. Na veel gemier stonden we dan op de blokken. Ik was helemaal trots, want Gerard had het mij laten proberen. Blij en voldaan wilden we naar binnen gaan. “Tingeling, tingeling, tingeling, toet, toet!” Nee hè, komt er een nogal veel herriemakende, zwoegende goederentrein langs. We zijn toch maar overgestoken naar de andere kant van de weg en hopen hier beter te staan. Het is er al uren redelijk rustig dus we hebben een kans. En morgen geven ze weer zon op en gaan wij weer fijn langs de kust toeren. Hasta mañana!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley