49. Op naar de Albanese kust
Door: Maan
Blijf op de hoogte en volg Gerard en Manuela
17 Oktober 2019 | Albanië, Ksamil
De avond was niet leuk, we moeten zo langzamerhand toch echt een beetje aan de terugreis gaan denken en gevoelsmatig zijn we nu onze vrijheid kwijt. Het is hier nog zo fijn en thuis wacht al die ellende met Gerards werk weer. De moed zakte heel zwaar in onze schoenen en we zagen het helemaal niet meer zitten. ’s Nachts maar kort geslapen, twee extreme heftige nachtmerries, waar ik helemaal overstuur van wakker werd en de derde keer schrok ik wakker door het enthousiaste hondenorkest. Bah. Ik heb een kater. Wat een dierentuin!
Licht lam en moedeloos sjokten we nog een rondje door de haven. Hier trokken we wel iets bij. Wat een oude meuk ligt hier! Niet alleen in het water, maar ook de zooi op de kade ervoor. Niet normaal. Een half verrot bankstel, een gammel stoeltje, tig kratten, kleden, zeilen, zakken, kooien, heel veel netten, tapijten en dat 150 meter lang. Wat een gribus, maar stiekem wel leuk om te fotograferen. Achteraan waren Sep en Xander druk aan het timmeren aan een uit het water gehaalde boot en achterin waren een paar schuurtjes, waar de oude Daymian op een verdwaalde klant hoopte.
Aan de andere kant van het terrein lagen de gelikte motorbootjes en plezierjachten en aan deze kant wemelde het ook van de barretjes en terrasjes. “Kijk, daar staat er een met een bank! Dat lijkt me wel wat!” Het was alweer hartstikke warm en hier besloten we met een biertje ontbijten, want dat waren we nog vergeten en trouwens, qua bier liepen we al dagen achter.
Daarna gingen we weg. Tot onze verbazing waren we al binnen 10 minuten bij de grens. De Griekse politie en douanebeambten reageerden erg vriendelijk op ons ‘Jaasos!’ en het përsëndetje bij de Albanese grens werd ook met een lach en een duim beantwoord. We waren binnen 5 minuten weer in Albanië. De wegen waren meteen een stuk smaller en slechter, maar de mensen duidelijk vriendelijker. Er werd weer gezwaaid, wat we toch wel heel leuk vonden. Een trekker met een kar vol afgesneden palmbladeren, waar hij waarschijnlijk parasolletjes voor volgend jaar van moet maken en een schaapherder met flinke kudde op de weg, maakten dat we ons hier eigenlijk meteen weer thuis voelden.
Er staan ontzettend veel olijfbomen, citroenplantages en massa’s metershoog riet. We wilden vandaag graag en het liefst snel een echte strandcamping vinden. Hup, de camper parkeren en plonzen maar. De opgravingen van Butrint, waar bijzonder hoog van opgegeven word, laten we maar liggen, maar wel gaan we het Vivarikanaal over met een uiterst bijzondere pont. Het is een oud, krakkemikkig houten vlot op zwaar verroeste drijvers en het ziet eruit of het vandaag of morgen zal zinken. Het gevaarte kan maar 1 auto per keer overzetten. De pont ligt eigenlijk aan zware kabels vast, die naar een huisje waarop de Albanese vlag geschilderd was, waar een grote motor het spul in beweging zet. Het gevaarte kwam er net met een busje aan en de norse bediende gebaarde, dat we erop moesten rijden. Hij durfde voor het tochtje van amper 1 minuut € 10,00 te vragen. Maar ach, wie maakt er ooit nog zo’n overtocht mee? Alleen daarom hadden we het er al voor over. Trouwens, we hadden ook helemaal geen zin om om te rijden.
We waren nog maar net van de pont af of er kwam me toch een blinkende, stervensdure bak aanrijden! Zeker in de tijd net na de val van het communisme was Albanië een losgeslagen land, waar de zwarte autohandel en de maffia hoogtijdagen hadden. Hun rovershol was de stad Vlora, waar wij morgen langs komen. Destijds werd je geadviseerd er niet heen te gaan, want je zou er niet levend vandaan komen. Dus als de stukjes na morgen stoppen, weet je waar jullie ongeveer moeten gaan zoeken. De maffia liet met hun geld alleen die wegen asfalteren waar zij met hun patserige bolides rondreden. Nou, volgens mij hebben wij er vanmiddag een gezien!
Daarna werd het zoeken naar een strand. Dat klinkt toch echt niet moeilijk als je aan de kust bent, zou je zeggen. Nou, het was een ramp! We wilden graag in Ksamil gaan staan, maar de camping had nogal slechte recensies. Nou, dan gaan we er gewoon even zwemmen en dan weer door. Niet hè! Het plaatsje was vandaag erg rustig, maar je kon niet op het strand komen. De hele kust is in kleine stukjes onderverdeeld en niet alleen op het strand door een hek gescheiden, maar ook door een betonnen muur in zee en hoort bij restaurantjes, barretjes of hotels. Je mag er alleen voor € 10,00 per persoon een stoel huren of je moet er gaan eten. Bah! Wat jammer, want het zag er hier zo mooi uit! De badplaats Ksamil maakt deel uit van een nationaal park. Behalve dat het prachtige witte zandstrandjes en azuurblauw water heeft, kun je er ook een tochtje naar de vlakbij gelegen Ksamileilanden maken. Ook kun je Korfu hier heel goed zien liggen, het is maar drie kilometer uit de kust! Strakblauwe lucht, prachtig water, hemelse temperaturen en dan kun je er niet in. Wij hadden geen zin om € 20,00 voor een uurtje te gaan betalen. We maakten een fotootje en reden door. Onderweg naar Sarande zagen we nog een groot meer waarin allemaal palen stonden, al dan niet met bootjes ertussen. Er schijnen hier veel mosselen gekweekt te worden. In Sarande vroegen we bij de Spar of er misschien een normaal strand in de buurt was. Maar dat was niet zo. Een passant had iets van het gesprek opgevangen en zei buiten tegen ons:”Het is hartstikke naseizoen, er zijn vast al hotels of barretjes dicht en daar kun je dan fijn het strand op!” Omdat het er in Ksamil toch wel heel erg mooi uitzag, besloten we weer terug te gaan. We konden eersterangs parkeren en een tweede bareigenaar was niet zo moeilijk. Van hem mochten we best even zwemmen. Eindelijk, eindelijk lagen we dan toch in het water! Jammer, dat de mooie kleuren al behoorlijk weg waren, maar we hebben er toch nog even heerlijk gedobberd. Na ons kwam er ook nog een stel, wat gewoon de trap naar het strand afliep, ergens nonchalant een tas neerzette, hun kleding uittrok en het water ingingen. Zo moet je het dus gewoon doen, vertelde Vjoza me even later in het water, waar we druk met haar en haar Zweedse man Lennard in gesprek raakten. Zij bleek uit Kosovo te komen. Dat zou een prachtig land zijn met super aardige mensen. En er komen al heel veel toeristen en de voertaal is Turks! Há, dat ga ik dan fijn van de winter weer ophalen! We hadden meteen zin om daar ook nog even te gaan kijken, maar dat gaan we echt niet meer redden. Skopje, Mostar en Kosovo gaan het allemaal niet meer worden. Echt vet jammer! Volgend jaar willen we proberen 6 maanden weg te gaan.
Het was inmiddels fris aan het worden en nadat zij uit het water gegaan waren, volgden wij ook snel. We baalden, dat deze dag eigenlijk verloren was en we pas zo laat in het water lagen (16.30 uur), maar waren blij, dat we toch nog op een van de mooiste plekjes aan de Albanese kust gezwommen hadden. En de foto’s hadden we hier vanmiddag al gemaakt. De campings komen er hier op de camperapp niet heel handig uit (te steil, te klein, te opdringerig of gesloten), maar gelukkig hadden we tijdens het heen en weer rijden nog een nieuw exemplaar ontdekt. En hier staan we nu. Het is bij avond al een gribuszooi, dus dan weet je het wel. Het hele terrein is van beton maar er is geen meter vlak. Behalve dan een verhoogde constructie waar wij nu op staan. We zijn de enigen, maar we staan uit het zicht en de eigenaar slaapt vlak naast ons en zijn hond loopt buiten. Maar, we werden ontzettend vriendelijk verwelkomd en kregen meteen een biertje van het huis. Daarna hebben we weer heerlijk Grieks gegeten, met dank aan de Lidl van gisteren!
Gerard zit naast me met een schrift en een pen. Hij is druk aan het rekenen en helaas kwam er al snel uit, dat we morgen beter niet meer een stranddag in Ksamil kunnen nemen, het beroemde blauwe oog bekijken kan misschien nog wel en of Berat nog haalbaar is? We hopen het. We gaan voor de zekerheid maar vroeg slapen en hopen, dat het vannacht een stuk beter zal gaan!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley